Sigiriya, de leeuwenrots

Vandaag opnieuw om 7:30 uur opgestaan. De ervaring van gisteren (oftewel restaurantjes, eetkraampjes of wat daar dan ook op lijkt, kennen ze hier niet) had ons geleerd dat we extra goed moesten ontbijten. Lunchen zou er waarschijnlijk ook vandaag niet van komen. Na een goed ontbijt, vertrokken we met ons rugzakje gevuld met water, een pak koekjes en twee banaantjes per bus richting Sigiriya. Sigiriya is de plaats waar de beroemde Leeuwenrots staat waarop op de top de ruïnes te vinden zijn van een voormalig paleis van koning Kasyapa welke rond de 5de eeuw regeerde.

De hele culturele site bestaat o.a. uit mooie watertuinen die nog redelijk in tact zijn, een muur met “grafitti” (mirror wall), grotschilderingen van bevallige meisjes (oelala) en de top van de leeuwenrots. Vanaf de ingang lopen we (in de hitte, het is vandaag opnieuw boven de 30 graden) door de tuinen richting de leeuwenrots. Hoe dichter we bij de rots komen hoe meer trappen we op moeten (die redelijk glad zijn, over sommige loopt zelfs water). In totaal zullen we 500 treden moeten nemen om de top van de 200 meter hoge rots te bereiken. Na wat klimwerk komen we een rots tegen die op een cobrakop lijkt. Na wat steile trappen komen we bij de rotsschilderingen aan van de bevallige meisjes. Op een horizontaal stuk op 40 meter hoogte is in de rots een stuk pleisterwerk te zien met erg mooie schilderingen. Na wat wenteltrappen waardoor we weer snel stijgen, komen we bij een muur die erg glad gepolijst is en waar in de loop der jaren heel veel mensen “poëtische leuzen” ingekerfd hebben met betrekking tot “de meisjes”. Weer een stukje verder klimmen, komen we op een plateau waar aan de voet van alweer een trap twee enorme leeuwenpoten staan. Het verhaal gaat dat naast de leeuwenpoten er ook een grote leeuwenkop is geweest waarbij je door de bek naar de top van de rots zou kunnen klimmen. Nu waren alleen de poten en de trappen nog over.

Boven aangekomen genieten we van een prachtig uitzicht en bewonderen we de overblijfselen van het voormalig paleis en vijver. De afdaling is vergeleken met de klim naar de top een makkie en deze leggen we dan ook in no-time af. Bij de uitgang aangekomen brengen we nog een kort bezoek aan het bijbehorende museum waarna we de lange toegangsweg teruglopen. Onderweg zien we nog een grote roofvogel (eagle) en een varaanachtig beest van ongeveer een meter lang. Ook voor de terugweg nemen we weer de bus (met overstap). Het was een kleine bus waar ongeveer 40 zitplaatsen in zaten. Gelukkig was er voor Dirk een plekje voorin (met redelijke beenruimte) en voor Annique een plaatsje achterin. De busconducteur zei tegen Dirk dat ie zijn tas op schoot moest doen. Beetje vreemd, maar wie is Dirk om daar tegen in protest te gaan. Een stop later werd ons alles duidelijk. De school is blijkbaar uitgekomen er er stappen “een paar” kinderen in. Hierbij de quizvraag van deze week: Hoeveel kinderen kunnen er in een bus die al vol is? Laten we een hint geven, het werd behoorlijk warm en knus (-:

Na een paar haltes stappen de meeste schoolkinderen weer uit en op het kruispunt waar we moeten overstappen naar Habarana is de hoeveelheid mensen in de bus weer tot redelijke proporties gedaald. In het hotel aangekomen gaan we, zoals we afgelopen dagen steeds gedaan hebben, weer lekker bij het zwembad genieten van een hapje en een milkshake. Wat is vakantie toch vervelend……..