Zwitserland in Marokko

We denken vanochtend de dans te ontspringen wanneer de muezzin in onze wijk zijn gebed niet om half 7 door de luidspreker schalt en we zijn collega’s al wel van verre horen. De hoop is vergeefs. Blijkbaar heeft hij zich slechts verslapen of vergeten de speaker aan te zetten, want om twee minuten over half 7 sluit hij midden in een zin aan in gezang en liggen we te trillen in ons bed. Om half 9 genieten we van het uitgebreide Marokkaanse ontbijt dat de riad serveert. We vragen ons af of ze verwachten dat we met meer zijn, want vanalles wordt 4 stuks geserveerd. 4 pannekoekjes, 4 chocoladecakejes, 4 honingflappen, 4 stokbroodjes en ga zo maar door. Genoeg voor een weeshuis. We komen niets tekort. Om half 10 verlaten we de riad en lopen voor de laatste keer door enkele van de 9000 straatjes die Fez rijk is naar de parkeerplaats waar we onze auto hebben achter gelaten.

We rijden vandaag richting zuiden en gaan op weg naar de woestijn Erg Chebbi. Daar hebben we midden in de woestijn een accommodatie geboekt. We zullen daar echter pas morgen aankomen. De rit naar de woestijn is 8 uren. We hebben daarom besloten om halverwege een tussenstop te maken nabij Middelt. De tocht van vandaag is weer prachtig, de natuur overweldigend. Het eerste gedeelte van de rit is erg groen. We rijden door bossen en langs plantages. Al snel stijgen we. Na een dik uur rijden bereiken we Ifrane, het ski-oord van Marokko. Jawel! Ooit is hier -24 graden gemeten. Het dorp doet Zwitsers aan met zijn chalets. We hebben geen moment het idee in Marokko te zijn. Bij een souvenirwinkel koopt Dirk een “heuse” Ferrari-zonnebril. Zo kan hij de weg ook nog zien bij laaghangende zon, best prettig. In het centrum van het dorp vinden we zelfs een hotel, genaamd hotel Chamonix. We drinken een kop koffie op het terras in een van de restaurants en nemen een kijkje bij de waterval. Er is weinig water en dus ook weinig waterval. De cache die hier zou liggen, vinden we helaas niet. Ook niet met behulp van twee andere cachers die we tegen komen. Waarschijnlijk ligt hij er niet meer. Jammer! We rijden verder. Langzaam verandert het landschap in een meer prairie aandoende omgeving. Bomen maken plaats voor rotsen en zand. We kopen een brood in een van de dorpjes onderweg en lunchen met brood, olijven en fanta. We zijn een bezienswaardigheid in het dorp waar waarschijnlijk zelden toeristen stoppen om hun lunch van brood, olijven en fanta op een bankje tussen de lokale bevolking op te eten.

Rond 4 uur bereiken we onze overnachtingsplek: hotel ksar Timnay. Het hotel ligt aan de doorgaande weg tussen het midden en hoge Atlasgebergte. Het hotel zelf is een beetje vergane glorie, maar de ontvangst is vriendelijk en de kamer schoon en ruim. Dirk had gehoopt nog een duik te kunnen nemen in het zwembad, maar van de receptionist begrijpen we dat deze vanwege de kou (25-30 graden in de schaduw) leeggepompt is. In plaats daarvan maken we nog een mooie wandeling naar een meer in een nabijgelegen nationaal park. Helaas is ook hier het water opgedroogd. De wandeling bij zonsondergang is echter prachtig en de uitzichten geweldig. Morgen reizen we verder richting woestijn, waar we verblijven in Auberge Les Dunes d’or. Dan hopelijk wel een duik in het zwembad…met uitzicht op de woestijn.