Van de theeplantages naar het oerwoud

Vanochtend gaat de wekker al om half 7. We pakken onze tassen in en schuiven iets na 7 uur aan bij het ontbijt. Om 8 uur staat de mini-bus voor die ons naar Kuala Tembeling zal rijden. Vanaf daar nemen we dan een boot naar Taman Negara. Naast ons zitten er nog 3 stellen in het busje met dezelfde eindbestemming. We rijden langs immense theeplantages, veel jungle en een groot aantal palmbomen. Overal waar je kijkt, is het groen. Maleisië lijkt voor een groot deel uit jungle te bestaan. Zo zullen we Maleisië ons ongetwijfeld herinneren.

Iets voor de middag bereiken we Kuala Tembeling. We checken in voor onze boottocht en regelen alvast de transfer naar Kuala Lumpur voor overmorgen. Reizen in Zuid-Oost Azië is zo gemakkelijk. Alles is al uitgedacht, overal gaan transfers naartoe of zijn excursies voor te boeken. Je hoeft er ook niet om te zoeken. Je loopt er overal tegenaan, of het nu langs de kant van de weg is, bij je hotel of op het busstation. Behalve boeken en betalen hoef je zelf verder weinig te doen. We hadden het de afgelopen dagen al opgemerkt, maar zien ook hier dat de verdwijning van het Maleisische vliegtuig MH370 nog steeds het nieuws van de dag is. Elke dag is het voorpaginanieuws. Hier bij de check-in balie voor de boot zien we een bord staan waarop wordt gevraagd te bidden voor vlucht MH370. Om een uur vertrekken we met een lange houten boot richting Taman Negara, met 130 miljoen jaar het oudste Tropische Regenwoud ter wereld. De boot is voorzien van verschillende “compartimenten” met twee zitplaatsen per “compartiment”. Er kunnen zo’n 16 mensen in de boot, één lang lint aan toeristen. De boottocht duurt 3 uren. We varen door de jungle en spotten zo hier en daar wat dieren: een varaan, waterbuffels, aapjes, vlinders en een groot aantal vogels waaronder een aantal ijsvogels. We zitten op een kussen en moeten zo af en toe wel even verzitten. 3 uren is best lang in een boot. Toch vliegt de tijd om, het uitzicht vanuit de boot is prachtig.

We verblijven in de enige accommodatie in het Taman Negara Park. Alle overige accommodatie is te vinden aan de overkant van de rivier in een klein dorpje met een aantal drijvende restaurants. Voor 1 ringit (20 eurocent) per persoon kun je je over laten zetten naar het Taman Negara National Park en dus ook naar het hotel waar wij verblijven: het Mutiara Taman Negara Hotel. Net voor we onze eindbestemming bereiken, voelen we druppen. Deze druppen veranderen al snel in een stortbui. We lopen net op tijd de receptie van het hotel binnen. We krijgen chalet nummer 60 toegewezen. Het water loopt inmiddels ook de half-open receptie binnen. We besluiten de ergste regen even af te wachten. De receptioniste vertelt ons dat het al lange tijd niet heeft geregend. De rivierstand stond inderdaad ook wel erg laag. We liepen een keer vast met de boot en een aantal keren bijna. Hier zijn ze dus wel blij met een beetje regen. En om eerlijk te zijn, wat is een tropisch regenwoud nu ook zonder regen? Terwijl we de bui afwachten, worden er paraplu’s voor ons geregeld. Zodra de stortbui verandert in een “normale” regenbui besluiten we richting chalet te lopen. Het is een wandeling van een paar minuten door het prachtig aangelegde park.

Het chalet ziet er uit zoals we hoopten: zowel binnen als buiten veel hout en natuurlijke materialen. Het past precies in de omgeving. Op het terras drinken we een kop thee en wachten we het staartje van de bui af. We horen veel dierengeluiden en zien ook van alles bewegen. Door de dichte jungle zien we de dieren die we horen niet. ’s Avonds hebben we meer geluk wanneer we in het park oog in oog komen te staan met een tapir. Dirk zijn dag kan niet meer stuk. Vanuit ons bed horen we de geluiden van de jungle. Het is een magische plek hier. Morgen gaan we de canopy-jungletrek doen, een wandeltocht door de jungle waarbij we over de langste hangbrug (530 meter lang) ter wereld zullen lopen. We zijn benieuwd wat de dag van morgen ons weer zal brengen, behalve vroeg opstaan. We willen er natuurlijk vroeg bij zijn om de jungle te zien en horen ontwaken. We zijn hier tenslotte maar een keer.